Je kent vast die scene wel van Brigit Kaandorp: ik heb een heel zwaar leven. Ze maakt op een meesterlijk wijze duidelijk hoe sommige mensen in het leven staan en maken zwaarmoedig duidelijk hoe kommer en kwel alles in hun bestaan is.

In het theater van het leven, waar iedereen zijn eigen rol speelt, is dit behoorlijk herkenbaar. Jij kent vast ook mensen waar je meteen aan moet denken als je Kaandorp deze scene met bijbehorend lied ziet spelen en hoort zingen.

Het weerspiegelt hoe sommige mensen de hoofdrol opeisen in een drama dat bol staat van lijden en tegenslag. Het is een eigenaardig fenomeen dat zich manifesteert in de manier waarop mensen praten over hun leven. De klaagzang van “ik heb het zo slecht, ik heb het zo zwaar,” lijkt soms alomtegenwoordig. Maar wat zegt het over ons, over onze tijd, en over de manier waarop wij ons verhouden tot ons eigen bestaan?

Is dat klagen een soort collectieve hobby geworden? Klopt het beeld dat mensen zich haast lijken te wentelen in hun eigen misère, alsof het een deken is die hen beschermt tegen de scherpe randjes van het bestaan. En als dit zo is, hebben ze dan een punt? Zijn deze mensen echt de grootste pechvogels op aarde? Hebben ze echt een leven vol tegenslag en ellende, of is er iets anders aan de hand?

Klagen als theater

Een van de meest intrigerende aspecten van dit gedrag is het theatrale karakter ervan. Net zoals Brigitte Kaandorp dit uitdrukt op haar komitragische wijze, zit er bij veel mensen misschien ook wel een vleugje theater in hun dagelijkse klaagzangen. Klagen is een manier om aandacht te krijgen, om gehoord en gezien te worden. Het is een manier om compassie te vragen van de buitenwereld, om bevestigd te worden in het eigen bestaan. En daarin ligt ook een zekere ironie: in een wereld waar we steeds meer verbinding verliezen, wordt het delen van onze problemen een manier om weer contact te maken.

Maar het is niet alleen een roep om aandacht. Klagen kan ook dienst doen als een sociaal ritueel, een manier om te verbinden met anderen. Mensen voelen zich vaak ongemakkelijk bij het uiten van geluk of tevredenheid, uit angst om als arrogant of ongevoelig over te komen. Klagen daarentegen, creëert een gedeelde ervaring. Het biedt een veilige ruimte waarin mensen hun gevoelens van ontevredenheid kunnen ventileren zonder veroordeeld te worden.

Geluk zonder tegenslag: een leeg leven?

Stel je nu eens voor dat je leven inderdaad zou verlopen zonder tegenslag, zonder enige vorm van pijn of teleurstelling. Zou je dan echt gelukkig zijn? Het lijkt een aantrekkelijk idee: een leven zonder zorgen, zonder problemen. Maar als we dieper graven, ontdekken we dat het juist de tegenslagen zijn die het leven kleur geven, die betekenis geven aan onze ervaringen. Zonder de dalen zouden de pieken van geluk niet eens opvallen.

In elk verhaal over de levensloop van een persoon zit een zekere mate van levenspijn en lijden. Dit zijn de momenten die ons vormen, die ons karakter geven en ons de kans bieden om te groeien. Tegenslag dwingt ons om na te denken, om nieuwe wegen te zoeken, om te leren. Het is de tegenhanger van geluk, en zonder deze dynamiek zou het leven vlak en betekenisloos worden.

Aanstellers of zoeken naar betekenis?

Natuurlijk zijn er ook mensen die klagen over dingen die voor anderen triviaal lijken. We kennen allemaal wel iemand die het grootste drama maakt van het kleinste ongemak. Voor hen lijkt klagen een manier om zichzelf belangrijk te maken, om een betekenis te geven aan hun bestaan dat anders misschien niet zo opvallend zou zijn.

Maar in plaats van deze mensen af te doen als aanstellers, kunnen we ons afvragen wat hen drijft. Wat proberen ze te bereiken met hun klaagzang? Misschien proberen ze juist een gevoel van controle te krijgen over hun leven door zich te concentreren op de dingen die misgaan. In een wereld die soms chaotisch en onvoorspelbaar kan zijn, kan klagen een manier zijn om orde te scheppen, om een narratief te creëren waarin zij de hoofdrol spelen.

De levenskunst van omarmen

Als we terugkeren naar de kern van het leven, komen we uit bij een filosofie die diepgeworteld is in de menselijke ervaring: het idee dat het leven niet alleen gaat over het vermijden van pijn en het najagen van geluk, maar over het volledig omarmen van alles wat het leven te bieden heeft. Friedrich Nietzsche verwoordde dit treffend met zijn concept van Amor Fati, de liefde voor het lot.

Volgens Nietzsche moeten we niet alleen leren omgaan met de tegenslagen die het leven ons brengt, maar ze ook omarmen als een essentieel onderdeel van ons bestaan. Dit betekent dat we het leven in al zijn facetten accepteren – de vreugde, het verdriet, de voorspoed, en de tegenslagen – en dat we deze ervaringen zien als noodzakelijk voor onze groei en ontwikkeling.

Amor Fati: de weg naar ware betekenis

Het idee van Amor Fati biedt een krachtig tegenwicht tegen het moderne fenomeen van klagen en slachtofferschap. In plaats van ons te verzetten tegen de moeilijkheden die het leven ons brengt, worden we uitgenodigd om ze te omarmen. Dit betekent niet dat we moeten streven naar pijn of lijden, maar wel dat we deze ervaringen niet als vijanden moeten zien. Ze zijn evenzeer deel van ons leven als de momenten van vreugde en geluk.

Naast het omarmen van het leven zoals het komt, met al zijn ups en downs, benadrukt Nietzsche ook het belang van verantwoordelijkheid nemen voor je eigen leven. Hij geloofde dat een werkelijk vervuld leven niet alleen wordt bepaald door wat ons overkomt, maar vooral door hoe we reageren op wat ons overkomt. Voor Nietzsche is het niet voldoende om passief te accepteren wat het lot ons brengt; we moeten actief betrokken zijn bij hoe we ons bestaan vorm geven.

Dit betekent dat we niet alleen verantwoordelijkheid nemen voor onze successen, maar ook voor onze mislukkingen en tegenslagen. Het vraagt ons om te erkennen dat we zelf de architect zijn van ons leven, en dat onze keuzes, acties en houding bepalen hoe we ons lot ervaren. Door verantwoordelijkheid te nemen voor ons bestaan, leren we ook om onze eigen kracht te herkennen – de kracht om ons leven te sturen, te veranderen en er betekenis aan te geven. Nietzsche moedigt ons aan om niet te zwichten voor slachtofferschap, maar om onze rol als actieve deelnemers in het leven te omarmen. Door deze verantwoordelijkheid te nemen, ontdekken we dat we de macht hebben om ons leven werkelijk vorm te geven en betekenis te geven aan alles wat we meemaken.

Hoe zie jij dat?

De neiging die veel mensen hebben wanneer ze dit lezen, is om te zeggen: “Ik kan er toch ook niets aan doen dat {….}” – waarbij je tussen de accolades een veelheid aan malheur kunt plaatsen, zoals ziektes, ongelukken met ernstige invaliditeit als gevolg, het plotseling verlies van een dierbare, een ontslag bij een multinational na 26 jaar trouwe dienst, en ga zo maar door. Zo’n reactie is heel begrijpelijk. Maar Nietzsche zou je aanraden om verder te kijken dan die eerste impuls. Hij zou je uitnodigen om na te gaan hoe je, nadat zo’n ongerief je is overkomen, toch je leven weer oppakt en er verantwoordelijkheid voor neemt. Want volgens hem ligt daar de sleutel: niet in wat je overkomt, maar in hoe je ermee omgaat en hoe je je leven vormgeeft ondanks – of misschien juist dankzij – de tegenslagen.

Natuurlijk vraagt dit een zekere grootheid, een menselijke volrijpheid. Als biograaf ga ik daar niet over. Wat ik wel zie is dat mensen die vanuit het perspectief van Amor Fati naar hun leven kijken sneller open staan voor het laten filmen van hun levensverhaal dan de mensen die zich in slachtofferschap verliezen. Die laatste zien niet zo snel in waarom ze hun ellende nog eens dunnetjes over moeten doen in een biografisch interview. Mensen die zich over de pijn van hun portie ellende heen kunnen zetten en inzien dat hun leven is gegaan zoals het is gegaan en daar zelfs vrede mee hebben, ja die mensen hoef ik weinig uit te leggen. Die hebben hun verhaal klaar. Ze willen het met verve vertellen en het laten opnemen. Ze zouden iedere seconde van hun leven zo weer over doen.